Guus Vonk
Veelvoorkomende klachten bij fietsers
Beroepshalve zie ik regelmatig fietsers met zeer uiteenlopende klachten die ontstaan tijdens het fietsen of die het fietsen op een negatieve wijze beïnvloeden. Zo’n 80 % van de fietsers ervaren wel eens klachten aan het houdings- en bewegingsapparaat tijdens of na het fietsen. Rug-, nek- en knieklachten zijn het meest voorkomend. Sommige klachten zijn gemakkelijk te verhelpen door een simpele aanpassing aan de fiets, er kunnen zich echter ook zeer complexe klachten 
voordoen waarbij het moeilijk is om de juiste manier te vinden om weer prettig te kunnen fietsen. Toch zijn veel klachten te wijten aan een niet optimale fietspositie. Doordat het lichaam dan moet forceren of compenseren kunnen er gemakkelijk overbelastingsblessures ontstaan. Het ontstaan van een blessure heeft natuurlijk niet altijd met een slechte positie te maken, maar ligt de oorzaak in het lichaam zelf. Denk bv aan slijtage, een slijmbeursontsteking of een bekkenscheefstand. Op deze pagina zal ik de ideale fietspositie en een aantal (veelvoorkomende) klachten per gewricht beschrijven en eventuele aanpassingen en/of oplossingen ervoor.
Klik op het plaatje voor meer informatie
Lage rugklachten
Een wervelkolom heeft 24 wervels, een heilig been en een staartbeen.
Er worden drie soorten wervels onderscheiden:
De zeven halswervels, ook cervicale wervels genoemd;
De twaalf borstwervels, of thoracale wervels
De vijf lendenwervels, of lumbale wervels Lees meer...
Knieklachten
Er zijn drie botstukken betrokken bij de kniebewegingen. Deze botstukken zijn het bovenbeen (femur), in het onderbeen het scheenbeen (tibia) en aan de voorzijde de knieschijf (patella). Het kniegewricht bestaat eigenlijk uit twee gewrichten, namelijk het gewricht tussen bovenbeen en het scheenbeen en het gewricht tussen de knieschijf en het bovenbeen. Omdat deze twee gewrichten binnen één gewrichtskapsel liggen wordt het functioneel als één gewricht gezien. Lees meer...
Nekklachten
De bovenste 7 wervels vormen de cervicale wervelkolom. Deze loopt van de onderkant van de schedel tot de bovenkant van de thoracale wervelkolom. De eerste twee wervels hebben beide een unieke vorm en functie. Lees meer...
Hand- en polsklachten
De hand bestaat uit een groot aantal beenderen, spieren, pezen en ligamenten die een zeer ruime beweeglijkheid toelaten en een relatief grote kracht kunnen ontwikkelen.
Er zijn drie soorten beenderen in de hand:
De phalangen: er zijn er 14 in totaal, deze beentjes worden gevonden in de vingers zelf. Iedere vinger heeft er drie: het proximale, mediale en het distale. De duim echter heeft er maar twee. Lees meer...
Voetklachten
De voet is opgebouwd uit 26 botten, die onderverdeeld zijn in drie secties: de voorvoet, de middenvoet en de achtervoet. De talus (sprongbeen) en calcaneus (hielbeen) zijn de beenderen die deel uitmaken van de achtervoet. De talus is het hoogste bot in de voet en het maakt ook deel uit van de enkel. De calcaneus is het grootste bot in de voet. De calcaneus bevindt zich onder de talus. Lees meer...
Guus naast de fiets
Fietspositie
Dé ideale fietspositie is moeilijk te bepalen, theorie en praktijk kunnen ver uit elkaar liggen en is mede afhankelijk of fysieke klachten een rol spelen. ‘Wetenschappelijk’ kun je wel een ideale fietspositie bepalen hoewel het geen exacte wetenschap is. De fietsafstelling is afhankelijk van comfort, doel, lichaamsafmetingen en/of beperkingen. Lees meer...
(zie ook mijn site: www.beteropdefiets.nl)